dinsdag 20 februari 2018

Zilver

Afgelopen woensdag heb ik te horen gekregen dat de chemo de kanker tot stilstand heeft weten te brengen maar helaas niet heeft weten klein te maken. Vijf jaar geleden kregen we het beste nieuws mogelijk, de kanker werd zichtbaar kleiner en kleiner. Deze keer geen gouden medaille; maar zilver. Het één na beste nieuws. Het had ook nog slechter nieuws kunnen zijn: dat ik nu (al) met de volgende chemo aan de slag zou moeten. Dat gelukkig niet, maar toch voelt het als verlies. Intens verdrietig waren we na het nieuws. Ik was ook gewoon boos; boos dat ons dit overkomt maar ook woedend dat ik niet dezelfde kuren kon krijgen als vorige keer. Dan had ik wellicht weer goud gewonnen. Het gesprek met mijn sloeg in als een bom. Het idee van opgeven was (even) nog nooit zo dichtbij geweest.

Na vijf en half jaar knokken en leven in een bubbel waarin ik de kanker wel klein zou krijgen, besef ik nu dat dat wellicht naïef en te hoog gegrepen was. Ik moet de waarheid onder ogen zien maar de moed niet opgeven. Ik was al gewaarschuwd dat het moeilijk zou zijn dezelfde vechtlust te tonen als 5 jaar geleden. Ik wil niet gefrustreerd raken. Wat je uitstraalt krijg je terug. Ik moet dus sterk zijn en vechtlust tonen; maar dat is na ruim vijf jaar makkelijker gezegd dan gedaan. Je moet het gevoel van angst klein houden. Als het opkomt moet je het van je af laten glijden en niet voeden. In de dagen na het gesprek heb ik veel negatieve gedachten. Over de kinderen, Suzanne, het einde etc.. Ik ben ook enorm bang voor de volgende scan; kan ik mezelf opladen om weer in een wonder te geloven om wellicht over 9 weken te horen te krijgen dat ik weer naïef ben; dat wonderen in de wereld van uitgezaaide slokdarmkanker eigenlijk niet bestaan. Moet ik genieten van de tijd die ik heb gehad en nog krijg? De tranen stromen over mijn wangen bij die gedachte; is het laatste hoofdstuk aangebroken? Dat is geen helpende gedachte. Ik, die er prat op gaat dat ik als struisvogel door het leven kan gaan, moet nu weer fier gaan staan en het leven aanvallen. Opgeven is geen optie. De pillen hebben vorige keer de kanker ruim drie jaar weggehouden.  Dan kan nu ook. Er zijn nog twee andere behandelingen die ik kan krijgen; mochten de pillen niet werken. Ik moet dat piketpaaltje naar voren zetten. Nog 1, 2, 3, 4, 5 jaar erbij - tegen die tijd hebben ze wellicht iets gevonden dat ze me beter kunnen maken in plaats van alleen levensverlengend bezig te zijn.

Na bijna een week sta ik weer fier overeind. Ik heb dit al eerder meegemaakt. Ik kan het dus sneller een plek geven dan de eerste keer. Het heeft ook enorm geholpen dat Suus en de kinderen me woensdag na de uitslag mee opstap hebben genomen; naar Rotterdam waar ik samen met Suus 15 jaar geleden na haar ten huwelijk te hebben gevraagd ook heen was gegaan  (wat gaat de tijd toch snel). Daar hebben we genoten van de stad, het maritiem museum (waar je heel veel kan leren over de offshore industrie en eindeloos veel modellen hebt van schepen die ik gefinancierd heb), maar vooral van elkaar. Ik geloof voorzichtig weer op een goede uitkomst. Ik hou het gevoel van verdriet klein of beter gezegd negeer het door dag per dag te leven en te genieten van alle kleine dingen. Suus en de kinderen zijn mijn baken in het donker; zij zijn de reden waarom ik het niet op ga geven maar ga vechten en de kanker klein zal krijgen. Volgende week lekker met zijn 5-en skiën. Zin in. De beuk erin.

Stay strong

I will beat the statistics again and again

Berend

Geen opmerkingen:

Een reactie posten